Borstbiopsie (punctie, core biopsie, FNAC, mammotomie)
Met een biopsie kunnen we cellen of weefsel uit een verdacht letsel wegnemen om deze verder te onderzoeken. Hiermee kunnen we een onderscheid maken tussen goedaardige of kwaadaardige letsels. Er zijn verschillende mogelijkheden om een biopsie te nemen, waarbij de radioloog de meest geschikte procedure voor jou kiest:
- Fijne naald aspiratie (FNAC): met een dunne naald nemen we cellen weg uit een borstletsel of okselklier.
- Cilinder- of corebiopsie: met een dikkere naald nemen we weefselcilinders weg uit een letsel.
- Mammotomie of vacuümcilinderbiopsie: een variant van de cilinderbiopsie die gebruikt wordt voor letsels die onder echografie niet duidelijk zichtbaar zijn (zoals verkalkingen).
Aandachtspunten
- Je draagt best comfortabele kledij, want je moet de borsten en oksels vrij maken.
- Je draagt best een BH met voldoende ondersteuning. Dit helpt om een eventuele nabloeding tegen te gaan.
- Verwittig ons als je problemen hebt met de bloedstolling:
- Neem je bloedverdunnende medicatie?
- Heb je de laatste week geregeld aspirine genomen?
- Blijf je gemakkelijk nabloeden?
Verloop van het onderzoek
- De medisch technoloog legt je in de juiste houding op de onderzoekstafel. Bij een echogeleide biopsie is dit doorgaans op de rug, bij een MR-geleide biopsie of mammotomie is dit op de buik.
- De radioloog verdooft de huid en het onderliggende weefsel met een injectie. Die voelt ongeveer hetzelfde aan als een klassieke armprik. De rest van de procedure doet geen pijn.
- De radioloog brengt vervolgens een holle naald tot in het letsel, waarbij hij de positie van de naald controleert met beeldvorming. Hij neemt één of meerdere stalen uit het letsel, en verwijdert daarna de holle naald uit de borst. De stalen worden opgestuurd naar de dienst anatoompathologie (APO) voor verder onderzoek.
- De medisch technoloog plaatst een pleister en helpt eventueel om even na te drukken.
Na het onderzoek
- Een biopsiename laat vrijwel geen litteken na op de huid. Deze ingreep wordt zeer goed verdragen. Wij raden aan om gedurende 24 uur na de ingreep geen al te zware lichamelijke inspanningen te leveren en indien mogelijk de eerste nacht na de biopsie een goed ondersteunende BH te dragen. Je arts zal je eventueel lichte pijnmedicatie voorschrijven voor wanneer de verdoving is uitgewerkt. De pijnstillers moeten aspirinevrij zijn, daar aspirine het eventuele risico op een bloeding vergroot (bv. ibuprofen of paracetamol mogen wel).
- Verwikkelingen zijn uiterst zeldzaam. Indien er een pijnlijke zwelling of hevig bloedverlies optreedt, druk dan met je vlakke hand op de biopsieplaats om het bloeden te stelpen en breng ijs aan. Neem vervolgens contact op met je behandelende arts of de dienst radiologie voor verder advies.